
PREKEN
Mijn houvast
Johannes van Buren
21 april 2019

Deze preek is gegeven door:
Johannes van Buren
Bekijk meer preken van Johannes van Buren →-
Johannes 20:1-10
Johannes 20
20120:1-18 Mat. 28:1-10Marc. 16:1-11Luc. 24:1-1220:1 Joh. 19:25Vroeg op de eerste dag van de week, toen het nog donker was, kwam Maria uit Magdala bij het graf. Ze zag dat de steen van de opening van het graf was weggehaald.
2Ze liep snel terug naar Simon Petrus en de andere leerling, van wie Jezus veel hield, en zei: ‘Ze hebben de Heer uit het graf weggehaald en we weten niet waar ze hem nu neergelegd hebben.’
3Petrus en de andere leerling gingen op weg naar het graf.
4Ze liepen beiden snel, maar de andere leerling rende vooruit, sneller dan Petrus, en kwam als eerste bij het graf.
520:5 Joh. 19:40Hij boog zich voorover en zag de linnen doeken liggen, maar hij ging niet naar binnen.
6Even later kwam Simon Petrus en hij ging het graf wel in. Ook hij zag de linnen doeken,
7en hij zag dat de doek die Jezus’ gezicht bedekt had niet bij de andere doeken lag, maar apart opgerold op een andere plek.
8Toen ging ook de andere leerling, die het eerst bij het graf gekomen was, het graf in. Hij zag het en geloofde.
9Want ze hadden uit de Schrift nog niet begrepen dat hij uit de dood moest opstaan.
10De leerlingen gingen terug naar huis.
-
1 Korintiërs 15:1-8 & 12-18
1 Korintiërs 15
151Broeders en zusters, ik herinner u aan het evangelie dat ik u verkondigd heb, dat u ook hebt aangenomen, dat uw fundament is
2en uw redding, als u tenminste vasthoudt aan de boodschap die ik u verkondigd heb. Anders bent u tevergeefs tot geloof gekomen.
315:3 Jes. 53:5-12Het belangrijkste dat ik u heb doorgegeven, heb ik op mijn beurt ook weer ontvangen: dat Christus voor onze zonden is gestorven, zoals in de Schriften staat,
415:4 Hos. 6:2Mat. 12:40dat hij is begraven en op de derde dag is opgewekt, zoals in de Schriften staat,
515:5 Mat. 28:16-17Marc. 16:14Luc. 24:34,36Joh. 20:19en dat hij is verschenen aan Kefas en vervolgens aan de twaalf leerlingen.
615:6 Hand. 13:30-31Daarna is hij verschenen aan meer dan vijfhonderd broeders en zusters tegelijk, van wie er enkelen gestorven zijn, maar de meesten nu nog leven.
7Vervolgens is hij aan Jakobus verschenen en daarna aan alle apostelen.
815:8 Hand. 9:3-6Ef. 3:8Pas op het laatst is hij ook aan mij verschenen, aan het misbaksel dat ik was.
12Maar wanneer nu over Christus wordt verkondigd dat hij uit de dood is opgewekt, hoe kunnen sommigen van u dan zeggen dat de doden niet zullen opstaan?
13Als de doden niet opstaan, is ook Christus niet opgewekt;
14en als Christus niet is opgewekt, is onze verkondiging zonder inhoud en uw geloof zinloos.
15Dan blijkt dat wij als getuigen van God over hem hebben gelogen, omdat we verklaard hebben dat hij Christus heeft opgewekt – want als er geen doden worden opgewekt, dan kan hij dat niet hebben gedaan.
16Wanneer de doden niet worden opgewekt, is ook Christus niet opgewekt.
17Maar als Christus niet is opgewekt, is uw geloof nutteloos, bent u nog een gevangene van uw zonden
18en worden de doden die Christus toebehoren niet gered.
-
Romeinen 4:23-25
Romeinen 4
23En dit is niet alleen voor hem geschreven,
244:24 1 Petr. 1:21maar ook voor ons, want ook wij zullen als rechtvaardigen worden aangenomen omdat we geloven in hem die Jezus, onze Heer, uit de dood heeft opgewekt:
254:25 Jes. 53:5,11-12hij die werd prijsgegeven om onze zonden en werd opgewekt omwille van onze rechtvaardiging.
-
1 Petrus 1:3-5
1 Petrus 1
31:3 1 Petr. 1:23Geprezen zij de God en Vader van onze Heer Jezus Christus: in zijn grote barmhartigheid heeft hij ons opnieuw geboren doen worden door de opstanding van Jezus Christus uit de dood, waardoor wij leven in hoop.
4-5Er wacht u, die door Gods kracht wordt beschermd omdat u gelooft, in de hemel een onvergankelijke, ongerepte erfenis die nooit verwelkt. U ziet de redding tegemoet, die aan het einde van de tijd zeker geopenbaard zal worden.